De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Exponentiële vergelijking oplossen

Ik hoop dat iemand me kan helpen bij het oplossen van het volgende:

Bereken voor welke waarden van p de grafieken van de lijn y=p een lijnstuk met lengte 2 afsnijden. f(x)=2x-5 en g(x)=3·0,5x-2-1

Dus vul ik (x+2) in bij f, en die moet gelijk zijn aan functie g, zie hieronder.

2x+2-5=3·0,5x-2-1

Nu deze functie oplossen:

2x·4-5=3·0,5x·0,5-2-1
2x-5=12·0,5x-1
2x·4-5=12·2-x-1 ---- alles vermenigvuldigen met 2x om de negatieve exponent weg te werken ®

4·22x-5·2x=12-2x
4·22x-4·2x-12
Schaduwvergelijking maken: p=2x
Dus 4P2-4p-12=0
Uit de ABC-formule volgt dat p=2x=2,303
Deze invullen in f(x) levert -0,066.

Dit antwoord klopt niet, maar ik kom er niet achter waar de fout zit... Alvast bedankt!

Robert
Leerling bovenbouw havo-vwo - vrijdag 13 november 2009

Antwoord

Je antwoord klopt wel, want nu heb je f(x+2)=g(x), dat is ook de vergelijking die je hebt opgelost!

Er is echter nog een oplossing, hoe kom je daar aan?

Bernhard
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
vrijdag 13 november 2009



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3