De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Lottospel

Hallo iedereen

Ik kom er echt niet uit hoe ik die oefening moet gaan oplossen. Hoe pak je dat eigenlijk aan en welke methode kan ik toepassen denk aan die formules toch lukt het mij niet.

Weet dat je niet moet terugleggen dat is het enigste wat ik kan uitmaken.

Bij het lottospel worden elke week 6 winnende nummers plus een bijkomend getal uit de 42 getallen getrokken (lukraak).

Bepaal de kans om het volgende aantal winnende nummers te hebben:

a) 3;
b) 4;
c) 5;
d) 5 + bijkomend getal;
e) 6
f) Hoe groot is de kans dat je een prijs wint (minstens 3 winnende nummers) ?

Kan mij iemand helpen hoe ik dat best aanpak want ik snap het niet en moet je nog simuleren met je TI83?

Met vriendelijke groeten

Bart V
3de graad ASO - vrijdag 17 oktober 2008

Antwoord

Je zegt niet veel over de manier om dit soort vragen op te lossen zoals je dat 'gehad' hebt. Ik zou dan kiezen voor de 5. Hypergeometrische verdeling. Daar staat ook wel (kort) uitgelegd hoe dat zit.

Voorbeeld
Voor 3 winnende nummers zou de oplossing er dan zo uit zien:

q56776img1.gif

De rest gaat precies zo. Bij d. moet je dan nog even zelf bedenken hoe dat zou kunnen. Vraag f. lijkt me dan de som van de antwoorden van a, b, c en e. Toch?

Daarmee zou het dan moeten lukken.

Wie is wie?
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
vrijdag 17 oktober 2008



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3