De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

2 tegen 100

Hallo, voor wiskunde kregen wij een opgave mee naar huis die we moeten maken. Het is niet voor een cijfer maar meer als handelingsdeel. Maar ik weet niet hoe dit ik dit moet aanpakken. Ik hoopte daarom dat wisfaq mij kon helpen
Groeten Jaap

Hier komt de vraag: In het spel ‘Eén tegen 100’ weet de kandidaat in het algemeen niet op elke vraag het antwoord. Om de kandidaat een beetje tegemoet te komen mag deze drie keer een escape inzetten. Het inzetten van een escape kost echter wel een deel van het tot dan toe verdiende geld. Bij het inzetten van een escape speelt de kandidaat wel tegenspelers weg die het foute antwoord hebben gegeven, maar ontvangt hij niet het geld dat die tegenspelers waard zijn. De eerste escape kost 25 procent van het geld dat tot dan toe in de spaarpot is verzameld. De tweede escape kost 50 procent van het tot dan toe verzamelde geld, de derde zelfs 75 procent. Omdat een escape alleen maar kan worden ingezet tegen ‘betaling’, kan een escape pas gebruikt worden als er bij eerdere vragen al kandidaten zijn weggespeeld. Bij de eerste vraag kan dus nooit een escape worden ingezet.

Beschrijf een spelverloop waarbij de kandidaat:
- alle escapes heeft ingezet en
- alle vragen waarbij niet een escape is ingezet goed heeft beantwoord maar
- een zo groot mogelijk bedrag verdiend heeft.

Licht toe waarom het door jullie beschreven spelverloop inderdaad een zo groot mogelijke opbrengst heeft.

jaap
Leerling bovenbouw havo-vwo - maandag 18 februari 2008

Antwoord

Beste Jaap,

Ik ken het spel 1 tegen 100 niet zo goed, maar het lijkt me dat hier wel uit te komen is. De eerste twee regels zijn niet zo'n probleem. Het gaat erom dat je een spelverloop kiest waarij het bedrag zo groot mogelijk is. Je hebt bijvoorbeeld.

1e antwoord goed. 10 tegenstanders uitgeschakeld
2e antwoord fout/escape. 10 tegenstanders uitgeschakeld
3e antwoord fout/escape. 10 tegenstanders uitgeschakeld
4e antwoord fout/escape. 10 tegenstanders uitgeschakeld
5e antwoord goed. 10 tegenstanders uitgeschakeld
etc. (verder alle vragen goed).
Reken uit hoeveel je dan aan het eind verdient hebt.

Het kan ook zijn dat je per beurt niet 10 maar 5 tegenstanders uitschakelt. Heb je dan aan het eind meer of minder verdient? Dat zal zeker uitmaken want bij een escape krijg je het geld van je tegenstanders niet. Bovendien verlies je een deel van het geld. Het zal dus ook uitmaken of je je escapes aan het begin of het eind inzet.

Als je een paar spelverlopen hebt uitgeprobeerd, krijg je vanzelf door wat het effect op het eindbedrag is. Vervolgens kun je dan gaan zoeken naar het spelverloop waarbij dat bedrag het grootst is. Dat is je antwoord. Je mag dus helemaal zelf verzinnen wanneer je de escape nodig hebt en/of hoeveel tegenstanders het antwoord goed/fout hebben. Het gaat erom wat het hoogste bedrag is dat eruit zou kunnen komen.

Succes. Oscar

os
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
zondag 24 februari 2008



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3