De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Aantal metingen

Hallo,

Ik ben bezig met een onderzoek bij het ziekenhuis. Ik moet zelf bepalen hoeveel tijdsmetingen ik moet doen om het betrouwbaar te maken. Ik moet 10 activiteiten meten bij 6 verschillende teams. dus in totaal moet ik 60 activiteiten meten. Hoe bereken ik het aantal metingen dat ik per team per activiteit moet doen?

Alvast bedankt

Karin

Karin
Student hbo - donderdag 22 maart 2007

Antwoord

Dag Karin,

Oeps. Dan hoop ik dat het niet heel erg veel werk voor je wordt. Ik neem aan dat je moet bepalen hoe lang een activiteit gemiddeld duurt en dat je je afvraagt hoe vaak je die meting moet herhalen voor een betrouwbaar resultaat.

Welnu, dat hangt er vanaf variatie er in die tijd zit, en hoe nauwkeurig je het gemiddelde wilt weten. Stel bijvoorbeeld eens dat een activiteit 7 minuten duurt met een spreiding van 2 minuten. Als je het gemiddelde dan met een nauwkeurigheid van een halve minuut wilt weten, dan zul je een aantal metingen moeten middelen. Maar, als je met een nauwkeurigheid van 2 minuten tevreden bent is dat niet nodig.
Om nu te bepalen hoeveel metingen je moet doen heb je de standaardafwijking nodig. Daarvoor moet je je statistiek nog eens doornemen. Of kijk voor de betekenis van standaardafwijking eens bij wikipedia. Kort gezegd heeft de lengte een gemiddeld m en een standaardafwijking s. Als je nu N metingen middelt heeft je resultaat weer een gemiddled m maar een standaardafwijking s/ÖN. Dus, wil je een spreiding van een halve minuut, dan krijg je: 0,5 = 2/ÖN, en dus N = 16. Korter gezegd, de spreiding neemt af met de wortel van het aantal metingen. Dus, als je de spreiding van een meting met een factor 4 wilt verkleinen moet je 16 metingen middelen.
Nu blijft er nog één probleem over. Hoe kom je achter de spreiding van je meting? Daarvoor moet je in ieder geval een aantal metingen doen. Je neemt het gemiddelde van die metingen en kijkt hoeveel de individuele metingen er van afwijken. (zie de verwijzingen hierboven om te zien hoe je dat precies moet doen). Met 4 à 5 metingen heb je een grove indicatie van de spreiding. Met 10 metingen heb je een redelijke waarde. Dit laatste is dus eigenlijk het minimum dat je nodig hebt voor een betrouwbaar resultaat.
Maar, als je dat voor 6 teams en 10 activiteiten moet doen heb je wel een hele klus.

Ik hoop dat je hier wat aan hebt. Groeten. Oscar

Zie Standaardafwijking op Wikipedia

os
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
donderdag 22 maart 2007



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3