De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Re: Verloop van functies

 Dit is een reactie op vraag 27153 
Bedankt voor deze verduidelijkende uitleg
maar één iets snap ik nog niet: ivm die buigpunten hoe je dat precies kan 'zien' ? (bepalen of de functie onder die raaklijn ligt)?

Sabine
Leerling bovenbouw havo-vwo - donderdag 9 september 2004

Antwoord

In een buigpunt zal de kromme de buigraaklijn 'snijden' (zie onderstaand voorbeeld met buigpunt in (1,-1)).

Voor x=2 wordt een maximum bereikt en ligt de kromme dus onder de (horizontale) raaklijn.
Noem f(x) de vergelijking van de kromme en g(x) de vergelijking van de raaklijn aan de rechterkant van nul, dan is f(1) = √7 en g(1) = √8, dus f(1)$<$g(1) en de kromme ligt onder de raaklijn.
Zo ook is f(1/2) = √31/4 en g(1/2) = √2 (= √32/4), dus de kromme ligt nog steeds onder de raaklijn.
Dus kun je aannemen dat er geen buigpunt is in het interval ]0 , 2[
Idem voor het interval ]-2 , 0[ wegens de symmetrie.

Voor een echt bewijs kun je het teken bepalen van f(x) - g(x) = √(8x2-x4) - √(8)x. Als je teller en noemer vermenigvuldigt met de toegevoegde tweeterm, krijg je in de teller -x4 en in de noemer een som van twee wortelvormen. Deze breuk is dus (in het interval ]0 , 2[) steeds negatief zodat je zeker weet de f(x) $<$ g(x) en dus de kromme onder de raaklijn ligt. Dus zijn er daar geen buigpunten.


q27175img2.gif

Wie is wie?
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
donderdag 9 september 2004



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3