De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Evenwijdige rechten (vectoren)

Onderzoek of de rechten a en b evenwijdig zijn (A, B, P zijn vectoren)
a: P=(1-k)A + 2kB b: P=(1-k)(4A-6B) + kA

Ik vind de theorie niet terug en heb geen idee hoe eraan te beginnen.

Jim Va
Ouder - zaterdag 22 mei 2004

Antwoord

In de onderstaande vergelijkingen zijn de lijnen anders geschreven. De verctor die bij de k staat is telkens de richtingsvector. Bedenk ook dat je een richtingsvector door een constante mag delen waardoor de richting van de lijn en dus ook de richtingsvector feitelijk hetzelfde blijft.
Lijn a: P = A + k(2B-A) richtingsvector is dan 2B-A
Lijn b: P = 4A-6B + k(6B-3A) richtingsvector is dan 6B-3A maar ook 2B-A.
Hetgeen betekent dat de twee lijnen op zijn minst parallel zijn. Samenvallen zou overigens ook nog kunnen. En dat blijkt uiteindelijk hier het geval te zijn omdat de steunvector 4A-6B van lijn b ook op lijn a ligt. Dat komt omdat A - 3(2B-A) = 4A-6B.
Conclusie: lijnen a en b vallen samen.

Met vriendelijke groet

JaDeX

Wie is wie?
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
zaterdag 22 mei 2004



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3