De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijshome | vandaag | gisteren | bijzonder | gastenboek | wie is wie? | verhalen | contact |
||||||||||||||||||||||||
|
\require{AMSmath}
GelijkvormigheidGoedendag ik zit hier met ‘n complexe vraagstuk met zoveel gegevens dat ik niet weet waar ik zou moeten beginnen met ‘t berekenen wie kan mij hierbij helpen alvast bedankt ‘r schijnt 21,7 m hoog uit te komen. AntwoordJe hebt hier te maken met 2 gelijkvormige driehoeken. Een grote (rechthoekige) driehoek van 100 m bij (zeg maar) h en een kleine driehoek van 1,50 m bij 0,3 m. De overeenkomstige hoeken zijn gelijk, dus ze zijn gelijkvormig. Je kunt dan met een tabel de waarde van h uitrekenen:
home | vandaag | bijzonder | gastenboek | statistieken | wie is wie? | verhalen | colofon ©2001-2024 WisFaq - versie 3
|