\require{AMSmath}
WisFaq - de digitale vraagbaak voor wiskunde en wiskunde onderwijs


Printen

Re: Permutaties

 Dit is een reactie op vraag 54359 
Een kort en duidelijk antwoord is dus: of 9·8·7·6·5·4 dan wel ...

Bedoeld u niet 9!/3! in plaats van 9!/6! ?

Het kwartje wilde bij mij bij permutaties en combinaties maar niet vallen. Dus nu denk ik in mijn hoofd: we moeten het aantal volgordes weten, als je faculteiten door elkaar deelt is het eigenlijk van elkaar aftrekken (omdat je kunt wegstrepen). Dus dan moet je in dit geval van de 9 mogelijkheden, de overgebleven mogelijkheden er van 'aftrekken' de mensen die dus op de bank moeten zitten.
Dan is het (9·8·7·6·5·4·3·2·1)/(3·2·1)
en dat is (9·8·7·6·5·4), dit is het aantal mensen dat je in het veld zet (9) en hoeveel volgordes daarvoor zijn.

Het is niet echt logisch wat ik denk geloof ik, maar anders begrijp ik echt NIET wat ik aan het doen ben, waarom ik die 9! door 3! moet delen, dus zie ik het maar als van elkaar aftrekken.

Bij combinaties denk ik er aan, dat ik gewoon 6 spelers kan uitpikken, maakt niet uit wie. Dan kan ik dus voor elke plek in het veld, uit 6 verschillende spelers kiezen.
Dus dan deel ik die 9 mogelijkheden van volgordes, wat dus 9! is, door de aantal volgordes van de 6 spelers, wat dus 6!. Want, voor elke mogelijke volgorde van opstelling, kan ik 6 mogelijke volordes van spelers gebruiken.

Is het goed wat ik denk? Want ik haal het aaaaallemaal door elkaar & dan weet ik niet meer wat ik aan het doen ben.
hihi

Ashley
Leerling bovenbouw havo-vwo - zondag 30 maart 2008

Antwoord

Goed gezien van die 3! en 6!.
Verder gewoon leren:
Permutaties: n nPr k=n!/(n-k)! (volgorde van belang)
Combinaties: n nCr k=n!/(k!(n-k)!) (volgorde niet van belang)


zondag 30 maart 2008

©2001-2024 WisFaq