Oefening kaartspel + oefening bakker

Hoi, ivm kansverdelingen heb ik nog 2 oefeningen waar ik niet wijs uit geraak.

1. Een spel bestaat uit 52 kaarten. We trekken willekeurig vier kaarten tegelijkertijd. De stochastische variabele X= de getalwaarde van het aantal getrokken azen. Bereken E en Var.

E= 3.077 en Var=0.2673

Bij deze oefening geraak ik dus niet aan E[x]. Ik zou hier doen E= 1*(4/52)+1*(3/52)+1*(2/52)+1*(1/52).

2) Bakker Bol verkoopt broden van 500 gram. De massa van die broden is normaal verdeeld met m=500 gram en s=15 gram.
Gevraagd is nu
a) Wat is de kans dat je een brood van minder dan 500 gram koopt?
Ik dacht hier met de TI83: normalcdf(-10^99,500,500,15) maar dan kom ik niet aan de opgegeven uitkomst...
b) Wat is de kans dat de gemiddelde massa van 20 broden minder dan 500 gram is?
Hier weet ik niet hoe ik het moet berekenen.

Alvast bedankt!

Groetjes

Elke
3de graad ASO - donderdag 25 mei 2006

Antwoord

1.
E(x) zal toch wel niet 3,077 zijn, maar 0,3077 denk je ook niet? Maar wat jij uitrekent weet ik ook niet. Al aan de hypergeometrische verdeling toegekomen?

2.
a. Daar heb je geen GR voor nodig... de kans is ¹/₂
b. De verwachtingswaarde van het gemiddelde is 500 gram... dus zie a.

donderdag 25 mei 2006

©2001-2024 WisFaq