Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

 Dit is een reactie op vraag 52609 

Re: 25 munten

Imp
Docent - woensdag 1 november 2023

Antwoord

Noem $a$ het aantal munten van 1 eurocent in de zak, $b$ het aantal van 2 eurocent en $c$ het aantal van 5 eurocent. Als je 20 munten uit de zal haalt zijn er nog 6 in de zak over. Je weet dus dat:

$a \ge $ 6 + 1 = 7
$b \ge $ 6 + 2 = 8
$c \ge $ 6 + 5 = 11

Dus $a+b+c\ge 7 + 8 + 11 = 26$

Omdat er in totaal 26 munten in de zak zitten moet gelden:

$a$ = 7
$b$ = 8
$c$ = 11

Munten van een andere soort zijn er kennelijk niet bij. De totale waarde is

1 · 7 + 2 · 8 + 5 · 11 = 78 eurocent.

WvR
woensdag 1 november 2023

©2001-2024 WisFaq