Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

Kansrekenen

In een vaas zitten 25 knikkers. Aantal rode knikkers is a $>$Rest is blauw. Ik pak 2 knikkers uit de vaas.
dan werk ik het zo uit: P92 rode) = a/25 · a-1/24 = a(a-1)/600 = a2-a/600.

Mijn vraag is nu hoe moet ik het uitwerken als je er drie knikkers (a) uitpakt?

A. Dim
Leerling bovenbouw havo-vwo - woensdag 1 februari 2012

Antwoord

Je moet wel even haakjes om de tellers (a-1) en (a2-a) zetten, maar verder gaat het goed. Kennelijk is het trekken zonder terugleggen.
Wanneer je 3 knikkers trekt en je wilt precies 2 rode, dan zijn er 3 mogelijke trekkingsvolgorden en de kansen hierop tel je dan op. Dus:
P(rrb) + P(rbr) + P(brr).
De eerste wordt dan a/25 · (a-1)/24 · (25-a)/23
De twee andere kansen gaan precies (!) hetzelfde.

MBL
woensdag 1 februari 2012

©2001-2024 WisFaq