De blessuretijd die in de eerste helft van een voetbalwedstrijd wordt bijgeteld is een stochast B1. Neem aan dat B1 een verwachtingswaarde van 1 minuut heeft en een standaardafwijking van 20 seconden. De blessuretijd B2 van de tweede helft is een stochast waarvan verondersteld wordt dat de verwachtingswaarde 2 minuten is en de standaardafwijking 48 seconden.
Vraag A: De totale duur van de wedstrijd na aftrek van de rustperiode is een stochast L. Er geldt: L=90+B1+B2. Hoe groot is de verwachtingswaarde van L?
Antw: L=90+B1+B2 dus 90+1+2=93 (klopt volgens antwoordenboek
Vraag B: Bereken de standaardafwijking van L. Ga er hierbij vanuit dat B1 en B2 onafhankelijk zijn. Antw: volgens het boek is het 52 sec, maar hoe komen ze hier aan?
Soesja
Leerling bovenbouw havo-vwo - zondag 23 oktober 2005