je gooit met drie dobbelstenen. De som S van de ogen neemt één van de waarden 3 t/m 18 aan. Bepaal de kansverdeling van S en bereken de verwachtingswaarde van S. Beschrijf hoe je het gooien met drie dobbelstenen met je rekenmachine kunt simuleren met toevalsgetallen.(Voer de simulatie minstens 200(!) keer uit en schrijf duidelijk op wat je hebt gedaan) en tel het aantal keer dat de som gelijk was aan bijvoorbeeld 10. Vergelijk dit met de theorethische kans P(S=10). Doe dit ook voor de andere uitkomsten.
Maarte
Leerling bovenbouw havo-vwo - dinsdag 12 maart 2002
Antwoord
Ik heb een mooi lijstje voor je. Hierin kan je het aantal mogelijkheden per uitkomst zien (S=3..S=18), met de kans en de verwachtingswaarde:
Als je 'het gooien met 3 dobbelstenen' wilt simuleren zou ik gebruik maken van deze website: