WisFaq!

\require{AMSmath} geprint op woensdag 30 oktober 2024

Rekenen met machten

Beste WisFaq,

Ik ben een leerling van HAVO/VWO onderbouw. Ik moet voor wiskunde de macht van een product uit kunnen rekenen. kan iemand mij simpel uitleggen hoe het moet: (-3a2)3×(a5)3

Alvast bedankt

Michi
15-9-2018

Antwoord

Op het herleiden van machten kan je uitleg en voorbeelden vinden.

In jouw geval krijg je:

$
\eqalign{
& \left( { - 3a^2 } \right)^3 \cdot \left( {a^5 } \right)^3 = \cr
& \left( { - 3} \right)^3 \cdot \left( {a^2 } \right)^3 \cdot a^{15} = \cr
& - 27 \cdot a^6 \cdot a^{15} = \cr
& - 27a^{21} \cr}
$

Het komt neer op het toepassen van de rekenregels voor machten.

Regel 1.
Bij de macht van een product neem je elke factor tot die macht.

Regel 2.
Bij een macht van een macht vermenigvuldig je de exponenten.

Regel 3.
Een product van machten met hetzelfde grondtal kun je herleiden tot één macht door de exponenten op te tellen.

Lukt dat zo denk je?

WvR
15-9-2018


© 2001-2024 WisFaq
WisFaq - de digitale vraagbaak voor het wiskunde onderwijs - http://www.wisfaq.nl

#86841 - Rekenen - Leerling bovenbouw havo-vwo