WisFaq!

\require{AMSmath} geprint op woensdag 30 oktober 2024

Re: Dobbelstenen

1. Ik heb gekeken welke combinaties er allemaal zijn om 12 te maken. Namelijk 2 · 6, 3 · 4, 4 · 3 en 6 · 2. Ik weet nu niet hoe je dan moet zeggen hoe groot de kans is.

2. Daarbij heb ik gekeken welke combinaties er zijn om 9 te maken. Namelijk alleen 3 · 3. Maar nu weet ik niet hoe ik moet zeggen hoe groot de kans is.

3. Ik heb geen idee hoe ik dit moet doen

Betty
19-6-2018

Antwoord

1. Dat is juist, ga nu even na op hoeveel manieren je de dobbelstenen kunt gooien. Dat zijn er 36, je kunt de eerste dobbelsteen op 6 manieren gooien, en de tweede voor elk van die mogelijkheden van de eerste, opnieuw op 6 manieren. De kans die je zoekt is dan: het aantal mogelijkheden waarin je product 12 is delen door het totale aantal mogelijkheden: 4/36=1/9.

2. Met de uitleg bij 1 zou je nu verder moeten kunnen.

3. Ook hier moet je te weten komen op hoeveel manieren je in totaal kunt gooien. Met de methode uit 1. vind je $6^3=216$. Nu moet je gaan bedenken op hoeveel manieren je hoger dan 150 kunt uitkomen. $150=6\cdot 5\cdot 5$. Dus, met de volgende situaties zit je boven de 150:
6 6 6
6 6 5
6 5 6
5 6 6
De kans dat je een van deze situaties gooit is 4/216=1/54.

Is dit duidelijk? Kun je verder zo?

js2
21-6-2018


© 2001-2024 WisFaq
WisFaq - de digitale vraagbaak voor het wiskunde onderwijs - http://www.wisfaq.nl

#86496 - Kansrekenen - Leerling onderbouw vmbo-havo-vwo