WisFaq!

\require{AMSmath} geprint op maandag 29 april 2024

Kansverdelingen

Hallo,

In mijn cursus (statistiek) wordt het volgende gedaan:

Je hebt een functie f(A,B,C)=A·B-C
De 3 toevalsvariabelen A,B en C zijn allen lognormaal verdeeld, dus geldt:
g(A,B,C)= ln(A)+ln(B)-ln(C).

$\to$ Mijn vraag is hoe dit kan: in het rechterlid krijg je toch ln(A·B-C), dus dit mag je toch niet herschrijven naar ln(A·B)-ln(C)? Of geldt er hier een speciale eigenschap vanwege de lognormale verdeling?

Thomas
31-5-2015

Antwoord

Hallo Thomas,

We hebben hier een tijdje op zitten prakkiseren, want van degenen die hiernaar gekeken hebben was kennelijk niemand echt thuis in dit soort functies.
Maar je hebt gelijk, het lijkt erop dat er een typfoutje in de functie zit. Die zou vermoedelijk moeten zijn f(A,B,C) = A·B/C.

Groeten,

FvL
11-6-2015


© 2001-2024 WisFaq
WisFaq - de digitale vraagbaak voor het wiskunde onderwijs - http://www.wisfaq.nl

#75736 - Statistiek - Student universiteit België