WisFaq!

\require{AMSmath} geprint op zaterdag 20 april 2024

Exponentiele vergelijkingen oplossen

Beste,

Ik heb er lang op zitten zoeken maar ik weet echt niet hoe ik te werk moet gaan, laat staan ze op te lossen:

1) 32x-3-10·3x-2+3=0

2) 2x+2x-1+2x-2+2x-3+2x-4=31

Hoe los ik dit op?
Alvast bedankt!
Greetz

Linus vanwijck
7-11-2010

Antwoord

1)
Dit soort vergelijkingen lijkt op een tweedegraadsvergelijking maar dan net ietsje anders.

q63528img1.gif

2)
De termen van het linker lid hebben allemaal dezelfde factor gemeen. Misschien kan je die wel buiten haakjes halen!

q63528img2.gif

Grappig...

Hopelijk helpt dat en anders nog maar even doorvragen...

WvR
7-11-2010


© 2001-2024 WisFaq
WisFaq - de digitale vraagbaak voor het wiskunde onderwijs - http://www.wisfaq.nl

#63528 - Vergelijkingen - 3de graad ASO