Hallo,
Ik ben onzeker over mijn uitwerking van de volgende opgaven:
"Beschouw het gebied in het vlak dat begrensd wordt door de grafiek van de functie f(x) = x2, de x-as en de lijnen x = -1 en x= 3. Dit gebied wordt precies in de twee gebieden van gelijke oppervlakte verdeeld door de verticale lijn x=p. Bepaal de waarde van p."
Mijn uitwerking:
(b=3 a=-1) O(V) = òf(x)dx = F(a)-F(b)
òf(x)dx= òf(x2)dx= [1/3x3] = (1/3.33) - (1/3.-13) = (2) - (-1/3) = 2/1/3
1/2 O(v) = 1/1/6
dus
F(b) - F(a)=1/1/6
(1/3x3)-(-1/3)=1/1/6
1/3x3+1/3=1/1/6
:1/3
x3=3/1/2
p=3Ö3/1/2
Klopt deze uitwerking of moet het op een andere manier?
Alvast bedankt,
DennisDennis
4-6-2008
Had je een tekening gemaakt?
De vraag is dan wat je voor p moet nemen om te zorgen dat de oppervlakte van het 'gele stuk' gelijk is aan de oppervlakte van het 'groene stuk'.
In formulevorm zou ik zeggen:
Voor welke p geldt:
Zou het daar mee lukken?
WvR
4-6-2008
#55874 - Integreren - Leerling bovenbouw havo-vwo