Ik zit met een moeilijke vergelijking:
cos(2x)/2sin(x)-10
Je kan cos(2x) door 3 dingen vervangen, en dan kan je dus tewerk gaan met 3 verschillende linkerleden:
cos2(x)-sin2(x)/2sin(x)-1 of 2cos2(x)-1/2sin(x)-1 of 1-2sin2(x)/2sin(x)-1
Welke van deze drie is het gemakkelijkste om de gegeven vergelijking op te lossen?Jeroen
25-11-2006
je kunt eventueel de laatste pakken, maar eigenlijk hoef je niks om te zetten.
De clou bij dit soort ongelijkheden is dat je
1. van het ongelijkteken eerst een = teken maakt, dus kijkt voor welke waarden van x het linkerlid **gelijk** aan het rechterlid is;
2. Deze waarden van x zet je uit op een getallenlijn of tekenschema;
3. dan check voor voor de tussenliggende gebieden of die wèl of nìet voldoen aan de ongelijkheid.
Dus in dit geval: cos(2x)/{2sinx-1) = 0 Þ
cos(2x)=0 Ù 2sinx-1 ¹0 (!!)
Ook deze laatste conditie moet je op het tekenschema zetten.
Is er bij jou opgave geen Domein genoemd?? (bijv. domein=[0,2p] ?
groeten,
martijn
mg
25-11-2006
#47786 - Goniometrie - 3de graad ASO