WisFaq!

\require{AMSmath} geprint op woensdag 17 april 2024

Re: Centrum- en spreidingsmaten

Sorry maar ik snap b nog steeds niet. Het wordt een vergelijking met twee verschillende onbekenden.
6.6= (6.4n+6.9n)/20
...en ik ben al niet zo'n ster in wiskunde :(:(:(:(:(:(

FK
18-9-2006

Antwoord

Wat niet is kan nog komen natuurlijk...

Je was trouwens al aardig op weg... alleen kan je met n jongens in klas V5a het aantal meisjes schrijven als 20-n. En dat is dan wel 'dezelfde' n. Stel dat er in de klas 8 jongens zitten, dan zitten er 20-8=12 meisjes in de klas.. snap je?

Je krijgt dan:

q46683img1.gif

De 'truuk'? Als er n jongens zijn dan zijn er 20-n meisjes... waarom? Tja... je bent een jongen of je bent een meisje... Maar ondertussen heb je dan wel gewoon één onbekende... en dan lukt het wel.

WvR
18-9-2006


© 2001-2024 WisFaq
WisFaq - de digitale vraagbaak voor het wiskunde onderwijs - http://www.wisfaq.nl

#46683 - Statistiek - Leerling bovenbouw havo-vwo