WisFaq!

\require{AMSmath} geprint op vrijdag 19 april 2024

Oplossen logaritme

Ik moet de volgende oefeningen oplossen aan de hand van logaritmen:

1) 5·(5x-1-1)=4·(0.2x-5·0.04x)

2) 2log(7log x)=-1

Alvast bedankt...

Celine De Brabandere
11-12-2005

Antwoord

Vooral een kwestie van het toepassen van de rekenregels machten en logaritmen.
  1. Het heeft iets met machten van 5 te maken. Kan je 0,2 en 0,04 ook 'schrijven' als machten van 5? En zo ja... kan je er dan mee verder?
  2. Pas regel L1 twee keer toe... 2log('iets')=-1 dan is 'iets'=2-1. En dan nog een keer toepassen...
Probeer maar 's. Mocht het niet lukken dan horen we 't wel weer...

WvR
11-12-2005


© 2001-2024 WisFaq
WisFaq - de digitale vraagbaak voor het wiskunde onderwijs - http://www.wisfaq.nl

#42188 - Logaritmen - 3de graad ASO