uiteindelijk ben ik bij iemand te weten gekomen:
tweestaart toets:
p = P( T $>$ t ) + P( T $<$ -t ) = 2·P( T $>$ t )
p = P( Z $>$ z ) + P( Z $<$ -z ) = 2·P( Z $>$ z )
voor verwerpen:
p $<$ alfa $<\Rightarrow$ 2·P(T$>$t) $<$ alfa $<\Rightarrow$ P(T $>$ t) $<$ alfa / 2
dit kan verwarring vermijden (als de helft vd p-waarde kleiner is dan de helft van alfa $\Rightarrow$ verwerpen)Filip
1-6-2004
Ik denk dat we hetzelfde bedoelen, maar anders opschrijven. Jij definieert p door p = 2 · P(T $>$ t)
In mijn benadering bereken je de kans dat je in 1 van de 'hoeken' terecht komt, en vergelijk je deze met 1/2 alfa. Kwestie van interpretatie dus, en definitie van p.
Maar gelukkig dat je er al uitgekomen was
Succes
Erica
1-6-2004
#24826 - Statistiek - Student universiteit België