|
|
\require{AMSmath}
Het loodrecht snijden van twee lijnen
Beste, Graag zou ik willen weten hoe ik de volgende opdrachtbkan uitwerken. Gegeven is: Rp = (p+3)x + (p-1)y = -12 snijdt Sp·q (x,y) = (-2,p-4) + 'labda' (q,3-q) ( in de vorm van een vectorvoorstelling) loodrecht in het punt D(-2,p-4) Nu dacht ik dus dat van de normaalvector van Rp een richtingsvector gemaakt kon worden en dat je die dan keer de richtingsvector van S doet (oftewel inproduct) en dat dan gelijk stellen aan 0 maar dan kom ik niet verder, want dan zit je met twee onbekenden.. Kunt u mij vertellen hoe ik verder moet? Of waar ik nu de mist in ga? Alvast bedankt!
Atena
Leerling bovenbouw havo-vwo - woensdag 29 oktober 2014
Antwoord
Het snijden moet gebeuren in (-2,p-4) en dit punt zal dus op beide lijnen moeten liggen. Het ligt overduidelijk op de tweede lijn. Om ervoor te zorgen dat het ook op de eerste lijn ligt, kun je de coördinaten van D in de vergelijking van lijn R invullen. Dat levert een eenvoudige vergelijking op die twee mogelijke waarden voor p levert. Voor het loodrechte snijden neem je nu elk van die p-waarden en zoekt de bijpassende waarde van q. Probeer eens of je hiermee verder komt.
MBL
|
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
donderdag 30 oktober 2014
|
|
home |
vandaag |
bijzonder |
gastenboek |
statistieken |
wie is wie? |
verhalen |
colofon
©2001-2024 WisFaq - versie 3
|