De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Voorwaardelijke kansen

Beste allemaal,

Voor mij ligt de volgende opgave:
Er wordt een proefwerk A en B afgelegd. Voor proefwerk A heeft 70 % een voldoende. Van de leerlingen die voor proefwerk A een voldoende hebben heeft 60 % een voldoende voor proefwerk B. Van die leerlingen die proefwerk A niet haalde heeft 50 % een onvoldoende voor proefwerk B.

Vraag 1.
Bereken de kans dat een willekeurige leerling voor proefwerk B een voldoende haalt.

Ik dacht dan P(onvoldoende A voldoende B)+ (P voldoende A voldoende B) dus (0,3 x 0,5) + (0,7 x 0,6) = 0,57
Is dit correct?

Vraag 2.
Hoe groot is de kans dat een leerling een voldoende voor proefwerk A heeft als bekend is dat hij voor proefwerk B een voldoende heeft.

Ik dacht: P = 42 / 15 + 42 = 0,7368

Vraag 3 (waar ik niet uitkom).
Gebeurtenis A: Voor proefwerk A voldoende
Gebeurtenis S: Voor proefwerk B voldoende

Onderzoek (met een berekening) of deze gebeurtenissen onafhankelijk zijn.

P (A) = 0,7
P (A/S) = 42 / 57 = 0,74

Dus zijn ze afhankelijk. Klopt dit?

Graag hulp

Gr,

Joep

Joep
Leerling bovenbouw havo-vwo - woensdag 8 mei 2013

Antwoord

Helemaal in orde. Ik vind zelf een kanstabel altijd erg handig:

q70236img1.gif

Bij c. is het gebruikelijk om te laten zien dat bij onafhankelijkheid geldt:

P(A en S)=P(A)·P(S)

In dit geval zou 0,7·0,57 gelijk moet zijn aan 0,42. Dat is niet het geval dus niet onafhankelijk.

Zie ook 5. (On)afhankelijkheid

Wie is wie?
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
woensdag 8 mei 2013



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3