De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Breuken met letters vereenvoudigen

Hoi,

Een breuk met letters vereenvoudigen zoals de volgende:
4a-2/2a2-a
antwoord zou 2/a moeten zijn.
ik neem aan dat je zou moeten ontbinden maar zie al niet hoe ik dat voor de noemer moet doen. a(a-1) geeft a2-a, maar hoe krijg ik 2a2-a? of is dit niet de manier om deze op te lossen.

Dit is nog maar de tweede oefening van die reeks en ze worden alsmaar moeilijker dus als ik ook nog wat uitleg bij deze kan krijgen dan lukt het me hopelijk wel:
4ab-3ab2/a2-abc

Het antwoord zou 2/a moeten zijn.
Alvast bedankt voor de hulp!

Thomas
Iets anders - zaterdag 10 maart 2012

Antwoord

Het idee is dat je zowel in teller als noemer een zo groot mogelijke factor buiten haakjes haalt.

Bij de teller van opgave 1 is dat 2 zodat 4a-2=2(2a-1)
Bij de noemer is dat a, dus 2a2-a=a(2a-1)
Je ziet meteen wat de gemeenschappelijke factor is.

Bij de teller van opgave 2 is dat ab, dus 4ab-3ab2=ab(4-3b)
Bij de noemer is dat a, dus a2-abc=a(a-bc)
Je kunt dan teller en noemer delen door 'a', maar verder houdt het wel een beetje op. Dus of de opgave klopt niet of het antwoord.

Zoiets?

Wie is wie?
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
zaterdag 10 maart 2012
Re: Breuken met letters vereenvoudigen



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3