De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Oppervlakte en vergroting

Hallo ik snap helemaal niks van het rekenen met de factor, ik kan niet de oppervlakte van een driehoek vinden bijv: de eerste hoek is 2 cm de onderste 4 cm en die er naast 2 cm ze zeggen dat de oppervlakte 2,9cm2 is..hoe komen ze hier nou weer aan?
En dan staat er wat is de vergroting hiervan: dat kan ik wel de factor is 2,5 dus die driehoek is 7,5 de onderste 10 cm en die ernaast 5 cm dus daarna staat er wat i s de oppervlakte hiervan en de omtrek??!!! en dat kan ik niet!! kunnen jullie mij hiermee helpen??!!!
dank jullie wel..

tannaz
Leerling onderbouw vmbo-havo-vwo - zaterdag 15 november 2008

Antwoord

Je hebt een driehoek met zijden van 2, 2 en 4? Dat is geen driehoek! Het zal dus wel een driehoek zijn met zijden 2, 3 en 4 cm. De oppervlakte is (kennelijk) gegeven en die is (ongeveer) 2,9 cm2. De vergroting heeft de zijden 5, 71/2 en 10 cm. De zijden zijn dus allemaal 21/2 keer zo groot. De oppervlakte wordt dan (21/2)2 keer zo groot.

Dat is altijd zo. Als de lengten van de figuur x keer zo groot worden wordt de oppervlakte x2 zo groot. Denk maar aan een vierkant van 2 bij 2. De oppervlakte is 4. Als je alle zijden 3 keer zo groot maakt krijg je een vierkant van 6 bij 6. De oppervlakte is 36 en dat is inderdaad 32=9 keer zo groot. Bij je driehoek gaat dat precies zo... Dus...

Wie is wie?
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
zaterdag 15 november 2008



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3