|
|
\require{AMSmath}
Re: Vraagstuk functies
het begint al bij a,b en c ik vind die functievoorschriften echt niet dus eigenlijk vind ik niets
jens
2de graad ASO - zondag 30 januari 2005
Antwoord
a) De tank is om te beginnen leeg, dus op t=0 geldt s=0. Per minuut komt er 800 liter in de tank. Dus op t=1 geldt s=800 Op t=2 is s=800+800=2*800=1600 Op t=3 is s=800+800+800=3*800=2400 Conclusie: s=800t. De functie f heeft dus voorschrift f(t)=800t b) De auto bevat om te beginnen 24000 liter, dus op t=0 geldt w=24000 Per minuut gaat er 800 liter uit. Dus op t=1 geldt w=24000-800=23200 Op t=2 geldt w=24000-800-800=24000-2*800 Dus w=24000-800t. De functie g heeft dus voorschrift g(t)=24000-800t c) Tankauto en tankstation hebben samen altijd 24000 liter. Dus w+s=24000. Dus s=24000-w De functie h heeft dus voorschrift h(w)=24000-w Probeer je het nu zelf verder?
|
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
zondag 30 januari 2005
|
|
home |
vandaag |
bijzonder |
gastenboek |
statistieken |
wie is wie? |
verhalen |
colofon
©2001-2024 WisFaq - versie 3
|