|
|
\require{AMSmath}
Worteltrekken
In mijn lesstof staat het volgende voorbeeld: √x2 = √(a2±2$\alpha$%) √x2 = √a2 ±1/2·2$\alpha$% x = a±$\alpha$% Ik zie de vereenvoudiging niet waarbij 2$\alpha$% onder het wortelteken later voorkomt als 1/2·2$\alpha$% Kunt u mij hiermee op weg helpen? BVD
joop
Iets anders - vrijdag 9 juli 2004
Antwoord
Dit geen exacte formule, maar een benadering die redelijk klopt voor kleine $\alpha$. Even een rekenvoorbeeld: stel a=10 en $\alpha$=1. Dan a2=100 a2+2$\alpha$%=100+2%=100·1,02=102. √102=10,09950494. (met de rekenmachine) Dit is bij benadering gelijk aan 10,1 en dat is 10+1%, oftewel 10+$\alpha$%. Voor grotere $\alpha$ klopt het niet zo heel goed: stel a=10 en $\alpha$=25. Dan a2+2$\alpha$%=100+50%=150. √150=12,2474 Dit is 10+22,474% en niet 10+25%, want dat zou 12,5 zijn. Als $\alpha$ nog groter wordt klopt er nog minder van.
|
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
zaterdag 10 juli 2004
|
|
home |
vandaag |
bijzonder |
gastenboek |
statistieken |
wie is wie? |
verhalen |
colofon
©2001-2024 WisFaq - versie 3
|