De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Goniometrie

ik heb een vraagje die ik dus helemaal miet snap mij leraar heeft het uitgelegdt maar ik snapte er echt helemaal niks nopes nada van maar ik heb een tentamen en die vraag zal er in staan ik hoop dat uw mij kan helpen:

Op een speelweide komt een nieuwe glijbaan .dE GLIJHOEK IS 8 GRADEN HET HOOGSTEVERSCHIL IS 3,50 hOE LANG WORDT DE GLIJGOOT=
iN DRIEHOEK abc is de overstaande rechthoekszijde van hoek A bekend .De schuine zijde wordt gevraag.......
Kunt u me aub een beetje uitleggen hoe ik dat moet berekenen en eh mag ook een paar voorbeeldjes bij.

naoual
Leerling bovenbouw vmbo - zondag 7 maart 2004

Antwoord

Als je de hellingshoek van de baan a noemt, dan heb je in de tekst in feite staan dat sina = 3,5/gootlengte.
(Immers: sinus = overstaande/schuine)
Hieruit volgt dat gootlengte = 3,5/sina
Neem nu voor a de waarde 8° en vul het in de rekenmachine in (kijk wel even of hij op graden staat!).
Het antwoord is 25 meter.
Lijkt vrij lang, maar omdat de hellingshoek zo klein is, moet je een behoorlijke afstand overbruggen om een hoogteverschil van 3,5 meter te krijgen.

MBL
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
zondag 7 maart 2004



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3