De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Kanibalen en Monniken probleem

Ik moet een vraagstuk beantwoorden:

Er is een rivier. Aan de linkerkant bevinden zich 3 kanibalen en 3 monniken. Omdat ze in evenwicht zijn, kunnen de kanibalen de monniken niet opeten. Echter wanneer er aan een zijde zich meer kanibalen dan monniken bevinden, eten ze hun/hem op.

Er is ook een bootje waarmee ze naar de andere kant kunnen varen, echter is dit bootje beperkt. Het heeft een capaciteit van 2 (inclusief de roeier).

De inzittenden van de boot stappen bij elke over-crossing uit. Dan wordt er gekeken of de monniken in de minderheid zijn, vervolgens kan er weer naar de andere kant geroeid worden, om de rest op te halen.

Het doel is om alle 3 kanibalen en 3 monniken naar de rechterkant te brengen.

Geef een mogelijkheid op welke manier dit bereikt kan worden.

Kunnen jullie me helpen met het vinden van een dergelijke mogelijkheid? (Liefst met argumenten, hoe u tot deze oplossing bent gekomen). Ik heb er al een paar uur naar gekeken, maar ben er niet uit gekomen. Alvast bedankt, Percy.

Percy
Student universiteit - woensdag 11 februari 2004

Antwoord

Je vergeet een voorwaarde. Eén kanibaal heeft gestudeerd. Hij kan namelijk roeien (R). De andere twee niet !!. Dit maakt het een beetje leuker.
() is de positie van de boot.
()KKRMMM - ......
KMMM - KR()
()KRMMM - K
MMM - KKR()
()RMMM - KK
RM - KKMM()
()KRMM - KM
KM - KRMM()
()KKMM - RM
KK - MMMR()
()KKR - MMM
K - MMMKR()
()KR - MMMK
...... - MMMKKR()

Klaar
Met vriendelijke groet

JaDeX

Wie is wie?
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
woensdag 11 februari 2004
 Re: Kanibalen en Monniken probleem 



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3