De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Probleem uit de combinatieleer, deel 2

Van drie personen, in een bepaalde volgorde gegeven, moeten we de verjaardag raden. Ga ervan uit dat een jaar 365 dagen heeft. Hoeveel mogelijkheden zijn er waarbij tenminste twee van de drie verjaardagen samenvallen? Hoeveel mogelijkheden zijn er waarbij de drie verjaardagen samenvallen? Hoeveel waarbij er precies twee van de drie samenvallen? Zijn dit dan herhalingsvariaties??? Dank voor de hulp!

Anneke
3de graad ASO - maandag 1 december 2003

Antwoord

P(tenminste 2 personen op de zelfde dag jarig) = 1 - P(ieder op een andere dag jarig)
= P(tenminste 2 personen op de zelfde dag jarig) =
= 1 - (1·364/365·363/365) = 1 - 132132/133225 = 1093/133225

P(3 personen op de zelfde dag jarig)=1*1/365*1/365= 1/133225

P(precies twee personen op dezelfde dag jarig) = P(tenminste 2 personen op de zelfde dag jarig) - P(3 personen op de zelfde dag jarig) = 1093/133225 - 1/133225 = 1092/133225

je vraag over herhaling snap ik niet maar is het duidelijk zo?
succes Martin

MvdH
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
maandag 1 december 2003
 Re: Probleem uit de combinatieleer, deel 2 



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3