Hallo,
Om de oppervlakkte van een balk te berekenen, bedenk je eerst het volgende. Je bovenvlak en grondvlak zijn dezelfde. En twee van je vier zijden zijn gelijk en de andere andere twee zijn ook gelijk.
De oppervlakte is nu: (2·oppervlakte grondvlak)+(2·oppervlakte zijde 1)+(2·oppervlakte zijde 2).Voor een cilinder heb je twee gelijke cirkels en je mantel.
De oppervlakte is nu (2·oppervlakte cirkel)+oppervlakte mantel.
De oppervlakte van je mantel is je hoogte van de cilinder·omtrek van je cirkel.
Nu kun je alvast zelf wel vinden hoe het systeem werkt. Je kijkt gewoon in welke meetkundige figuren, zoals driehoeken, rechthoeken, cirkels,... je de oppervlakte kunt indelen. Probeer nu maar eens zelf deze van een prisma te vinden.
gv
woensdag 9 april 2003
