Gemeenschappelijke raaklijn vinden
Gegeven zijn f(x)=x2 en g(x)=x2-4x+3. De gemeenschappelijke raaklijn raakt f in P(p,p2) en g in Q(q,q2-4x+3).- Hoe bereken ik dan p en q?
Ik denk dat je hiervoor de raaklijn voor de functies aan elkaar gelijk moet stellen, dus:
y'=2p $\to$ y-p2=2p(x-p)$\to$ y=2px-p2 y'=2q-4 $\to$ y-q2-4q+3=(2q-4)(x-q) $\to$ y=2qx-q2-4x+8q+3
Als de raaklijnen aan elkaar gelijk zijn, moet dus:
2px=2qx-4x en -p2=q2+8q+3
Hieruit blijkt dat: p=q-2, dus -(q-2)2=q2+8q+3 $\to$ -q2+4q-4=q2+8q+3 $\to$ -4q=7 $\to$ q=-1,75
Echter, is dit niet het goede coördinaat van punt Q. Dus wat ik doe ik mis, en hoe kan ik het verder aanpakken?
Met vriendelijke groet
Marthe
Leerling bovenbouw havo-vwo - maandag 30 maart 2020
Antwoord
Hallo Marthe,
Ik begrijp jouw notatie niet helemaal, maar ik zie in ieder geval dat je vergissingen maakt met min-tekens, haakjes en haakjes wegwerken.
Na y'=2q-4 heb je haakjes vergeten, dit moet zijn:
y'= 2q-4 $\to$ y-(q2-4q+3) = (2q-4)(x-q)
Na haakjes wegwerken kom je op: y = -q2-2qx-4x+3
(De term +3 had jij ook, maar dat is een gelukje. Bij jou stond deze term eerst links zonder haakjes, rechts zou dat -3 moeten zijn. Jouw vergissingen met de haakjes en met het 'naar rechts halen' heffen elkaar toevallig op).
Je noteert ook dat moet gelden:
-p2 = q2+8q+3
Maar hierbij is het min-teken voor q2 opeens verdwenen.
Verder klopt de denkwijze wel. Als de raaklijnen aan elkaar gelijk zijn, moet dus:
2px = 2qx-4x en -p2=-q2+3
Je vindt: p=-1/4 en q=7/4=13/4
Kortom: je denkwijze is goed, maar je moet zorgvuldiger zijn bij het uitwerken.
maandag 30 maart 2020
©2001-2024 WisFaq
|