Re: Aantonen van een breuk
Ik zal de vraag citeren:
'Het getal √4 = 2 is wél een breuk. Waarom leidt de strategie van de twee vorige opgaven niet tot een tegenspraak?'
Bij de vorige twee opdrachten was het de bedoeling om te bewijzen dat √3 en √2 geen breuk zijn.
Narges
Leerling bovenbouw havo-vwo - zondag 17 mei 2015
Antwoord
Hoi Narges,
Ik neem aan dat de strategie die je gebruikte iets is als
$ \begin{array}{l} ggd(p,q) = 1 \\ \sqrt 2 = \frac{p}{q} \\ 2 = \frac{{p^2 }}{{q^2 }} \\ 2q^2 = p^2 \Rightarrow p = 2k \\ q^2 = 2k^2 \Rightarrow q = 2z \Rightarrow ggd(p,q) \ne 1 \\ \end{array} $
Laten we datzelfde eens doen bij √4
$ \begin{array}{l} ggd(p,q) = 1 \\ \sqrt 4 = \frac{p}{q} \\ 4 = \frac{{p^2 }}{{q^2 }} \\ 4q^2 = p^2 \Rightarrow p = 2k \\ q^2 = k^2 \\ \end{array} $
Hier is geen tegenspraak. Omdat p inderdaad het dubbele van q moet zijn wil er 2 uitkomen. Maar dit is niet in strijdt met het feit dat ggd 1 moet zijn. Neem gewoon p=2 en q=1
zoiets?
DvL
maandag 18 mei 2015
©2001-2024 WisFaq
|