\require{AMSmath}
WisFaq - de digitale vraagbaak voor wiskunde en wiskunde onderwijs


Printen

Onbekende oplossen

Hallo, ik wilde graag weten ofdat ik mijn vergelijkingen wiskundig goed oplos, zodat ik hiermee weer verder kan gaan rekenen.Zo niet, ofdat u dan mij verder kunt helpen met mijn vergelijkingen. Het gaat om de onbekende (n6) te berekenen. Alvast bedankt.
0,98*(n6+G1)=G2
n3-n6+G1-G2=0
Het is de bedoeling dat ik de 1 in de ander invul, volgens mij noem je dit substitutie.
n3-n6+G1-(0,98(n6+G1))=0 dus G1= n6
n3-n6+G1-(0,98(2n6))=0
n3-n6+n6-(0,98*2n6)=0
Die n6 kan je wegstrepen tegen elkaar.
n3-0,98*2n6=0
n6= n3/(2*0,98)
n6=n3/1,96
n6= eindantwoord
(n3 stelt een getal voor die is gegeven, maar het ging mij meer om de manier waarop)

Yvette
Student hbo - woensdag 6 november 2013

Antwoord

Hallo Yvette,

Dit gaat niet helemaal goed. Het invullen van vergelijking 1 in vergelijking 2 is nog juist, maar dan trek je zomaar(?) de conclusie G1=n6. Hoe kom je hieraan?

Netjes haakjes wegwerken levert:
n3-n6+G1-(0,98(n6+G1))=0
n3-n6+G1-0,98n6-0,98G1=0
n3-1,98n6+0,02G1=0

Als je n6 apart wikt schrijven, krijg je:
1,98n6=n3+0,02G1
n6=(n3+0,02G1)/1,98

Hierna zit je vast: wanneer n3 gegeven is, kan je n6 pas uitrekenen wanneer je ook G1 kent. In het algemeen geldt: je hebt net zoveel vergelijkingen nodig als het aantal onbekenden. Jij hebt 3 onbekenden (G1, G2 en n6). Je hebt dus nog een derde vergelijking nodig om het stelsel op te lossen.


woensdag 6 november 2013

©2001-2024 WisFaq