Eerstegraadsfuncties
Sarah haalt voor haar toetsten wiskunde 7/10, 4/10 en 9/10. Na een vierde toets op 10 punten zal haar maandcijfer berekend worden. Stel het voorschrift op waarmee je het gemiddelde van de vier toetsen berekent? Ik weet al dat 10 de constante functie is, dus f(x) = 10.
Sara
2de graad ASO - dinsdag 19 januari 2010
Antwoord
Als ze bij de vierde toets p punten haalt dan is het gemiddelde cijfer gelijk aan: $ \large \eqalign{ & \left( {{7 \over {10}} + {4 \over {10}} + {9 \over {10}} + {p \over {10}}} \right):4 = \cr & \left( {{{7 + 4 + 9 + p} \over {10}}} \right) \cdot {1 \over 4} = \cr & {{20 + p} \over {40}} \cr} $ Bedoel je zoiets?
zondag 24 januari 2010
©2001-2024 WisFaq
|