3 vergelijkingen
Hoe los ik deze vergelijkingen op(hoe schrijf ik ze op): a) a^2/3=25 b) (1/4)^x=64 c) x^1/5=1/4
Maartj
Iets anders - donderdag 26 juli 2007
Antwoord
Bij a en c zoek je naar het grondtal van een macht, dus dmv de omgekeerde bewerking worteltrekken: 3Öa2=25 253=a2 enz 5Öx=1/4 x=(1/4)5
Bij b wordt naar de onbekende exponent gevraagd en moet dus de logaritme worden genomen: 1/4LOG64=x x=LOG64/LOG1/4
Zie eventueel: 1. Rekenregels machten en logaritmen
pl
vrijdag 27 juli 2007
©2001-2024 WisFaq
|