Wortelvergelijkingen kwadrateren
Bij de vergelijking: Ö(2x-1)=2+Ö(x-4) moet het antwoord 5 en 13 zijn. hier kom ik niet op uit! Kunt u misschien deze vergelijking helemaal uitschrijven? Alvast bedankt
Jannek
Leerling bovenbouw havo-vwo - donderdag 7 juni 2007
Antwoord
Janneke, Eerst maar beide leden kwadrateren en fatsoeneren, dit geeft: x-1=4Ö(x-4). Nu nog een keer kwadrateren geeft: x2-18x+65=0. Moet verder wel lukken.
kn
donderdag 7 juni 2007
©2001-2024 WisFaq
|