Verhaaltjessom

Heyhey.. ik heb dringend hulp nodig denk ik...
een opgave waar ik niet uit kom ondanks ik al dik een uur zit te studeren..

N= -0.5t^4+9.3t^3-59t^2+140t+22
N = aantal klanten t uur na het openingstijdstip van 9.00 u

-----------------

Ik plot de grafiek.. en ik kan bereken hoeveel klanten er in de supermarkt zijn op t=3.
Ook hoeveel klanten er om 10.45 aanwezig zijn, is te berekenen..
" Hoe laat is het volgens de formule het drukst in de supermarkt?"
Moet je hier bij een vergelijking maken? Maar wat zet je dan in plaats van N, welk getal?

"Hoe laat verlaten de laatste klanten de supermarkt?"
Hierbij moet je denk ik ook een vergelijking maken.. maar ik kan niet bedenken wat je in die vergelijking zet i.p.v. t of N..

"Op een bepaald moment zijn er 100 klanten in de supermarkt. Hoe laat kan het dan zijn?"
Dit is toch alleen af te lezen op je grafische rekenmachine, als je die grafiek hebt geplot.. ik bedoel als je een vergelijking maakt dan komt er toch maar één tijdstip uit?

Alvast heel erg bedankt..

Aletta
Leerling bovenbouw havo-vwo - maandag 21 november 2005

Antwoord

Voer in Y1=-0.5X^4+9.3X^3-59X^2+140X+22
" Hoe laat is het volgens de formule het drukst in de supermarkt?"
gebruik de optie van je rekenmachine: Calc maximum en kies geschikte getallen voor left bound, right bound en guess.

"Hoe laat verlaten de laatste klanten de supermarkt?"
bepaal het rechternulpunt met de optie: calc-zero

"Op een bepaald moment zijn er 100 klanten in de supermarkt. Hoe laat kan het dan zijn?"
Voer in Y2=100 en bepaal de snijpunten met de optie Calc Intersect.

maandag 21 november 2005

©2001-2024 WisFaq