Re: Opgave
a) ik heb alleen product- en quotiënt en somregel gehad d) dat begrijp ik niet echt je hebt dit: 5x3-3xÖx-2=0 -- x1=-2/52/3 of x2= 12/3 maar er is maar één opl. en klopt dit dan bij x2-- 1x=1 voor elke x uit IR
michel
Leerling bovenbouw havo-vwo - zondag 4 september 2005
Antwoord
Beste Michelle, a) Ik bedoelde uiteraard de quotiëntregel, vermits het om een breuk ging. d) Hoe kom je aan die 2 oplossingen? Die vergelijking heeft namelijk maar één (reële) oplossing, namelijk x = 1. Wanneer je de door mij voorgestelde substitutie uitvoert om over te gaan op een gewone kwadratische vergelijking, dan vind je inderdaad 2 oplossingen. Een daarvan is echter negatief en zal dus bij het terug substitueren geen reële oplossing leveren door de wortel. PS: 1^x is inderdaad altijd 1 als x een reëel getal is. mvg, Tom
zondag 4 september 2005
©2001-2024 WisFaq
|