Niveaukromme
Hoi, Ik moet de volgende vergelijking oplossen naar K of naar L zodat ik de niveaukromme voor z(K,L)=10 kan bepalen. 4ln(L)+2ln(K) = 10 Ik heb niet echt een idee hoe ik dit aan moet pakken. Bvd, andré
André
Student universiteit - donderdag 6 januari 2005
Antwoord
Neem van beide leden de natuurlijke exponentiële macht om de LN kwijt te geraken. Daarna gebruik je eigenschappen van exponentiële functies. 4ln(L)+2ln(K) = 10 = e^(4ln(L)+2ln(K)) = e^10 = e^(4ln(L))*e^(2ln(k)) = e^10 = e^(ln(L^4))*e^(ln(k^2)) = e^10 = L^4 * K^2 = e^10 Van hieruit kan je gemakkelijk oplossen naar K of L, bvb naar K: = K^2 = e^10/L^4 = K = Sqrt(e^10/L^4) Noot: = ^ staat voor machtsverheffing = Sqrt() staat voor vierkantswortel mvg, Tom
donderdag 6 januari 2005
©2001-2024 WisFaq
|