Praktische opdracht wiskunde tariefeenheden

Ik moet voor wiskunde een po maken en ik heb gekozen voor tabellen met tarieven. Ik heb als voorbeeld de NS gekozen en moet nu een formule bedenken bij de tariefeenheden. a.d.h.v. de tariefeenheden wordt de prijs van een treinkaartje bepaalt. Voor zover weet ik al dat van eenheid 1-8 een prijs van 1.70€ geldt. Daarna wordt het steeds 10 cent duurder maar om de 3 eenheden 20 cent. vb:

9= 1.90€
10= 2.00€
11= 2.10€
12= 2.30€

...en zo iedere keer tot het maximum aantal eenheden dus eigenlijk tot de langst mogelijke treinreis in Nederland (die ik dus niet weet maar dat doet er niet toe).

Hier moet ik dus een formule voor verzinnen en ik ben al dagen aan het denken maar ik kom er maar niet uit. Oh ja ik zit in 4-5 HAVO.

Dieder
Leerling bovenbouw havo-vwo - zaterdag 16 oktober 2004

Antwoord

Is het een idee om de volgende formule te gebruiken?

prijs = 0,131·tariefeenheid + 0,721

..en dan afronden op dubbeltjes...
Kijk maar eens of het klopt!

zaterdag 16 oktober 2004

Re: Praktische opdracht wiskunde tariefeenheden

©2001-2024 WisFaq