Berekeningen in een driehoek
VanABC is gegeven: B=70°, AB=BC=6 bereken AC in twee decimalen nauwkeurig schets daartoe de driehoek en gebruik een hulplijn
Mij
Leerling onderbouw vmbo-havo-vwo - donderdag 11 april 2002
Antwoord
Omdat de driehoek gelijkbenig is (B is nu eens een keertje de top en niet C) zijn de hoeken A en C gelijk en elk dus 55 graden. Als je nu de hoogtelijn BD vanuit B trekt (die in het midden van AC eindigt vanwege de gelijkbenigheid), dan weet je toch in driehoek BDC de drie hoeken én een zijde, dus met de cosinus van ÐC ben je er dan toch? Beetje flauwe vraag, lijkt me.
MBL
donderdag 11 april 2002
©2001-2024 WisFaq
|