Een oefening over krommen en een constante vector
Hallo, Ik heb hier een oefeningetje waar ik niet uitgeraak: Zij P een punt op een kromme in E2. Zij T het snijpunt van de X-as met de raaklijn aan de kromme in P, en zij F de loodrechte projectie van P op de X-as. Bepaal alle krommen waarvoor de vector TF een constante vector is (en dus niet afhangt van het gekozen punt P). Als ik stel dat P=(p1,p2), dan zie ik op een tekening dat F=(p1,0) en T=(t1,0). Ik twijfel wel over het feit of ik P op deze manier mag noteren (en of P zelf geen parameter is), want T kan ook geschreven worden als een punt op de kromme + een aantal keer de afgeleide van de kromme in dat punt. Ik zou kunnen schrijven: T=P+l.P', maar dit lijkt mij niet echt correct te zijn omdat ik P zelf afleid ipv de kromme in P. Maar ik weet ook niet echt of ik dit wel nodig heb om de oefening op te lossen. Hopelijk kunt u dit wat verduidelijken. Mvg, Tom
Tom
Student universiteit - woensdag 9 juni 2004
Antwoord
We zoeken dus een verzameling van krommen die aan de gegeven voorwaarde voldoen. Noem de functie van zo'n kromme k(x). Stel co(P)=(x1,k(x1)), dan is co(F)=(x1,0). De raaklijn in het punt P heeft als vergelijking : y - k(x1) = Dk(x1).(x - x1) Voor het punt T geldt dat y = 0, waaruit volgt dat xT = x1 - k(x1)/Dk(x1) De lengte van de vector TF is dus xF - xT = k(x1)/Dk(x1) Dus zoeken we de functies k waarvoor geldt dat k(x)/Dk(x) constant is en dan denken we onmiddellijk aan de exponentiële functies ...
woensdag 9 juni 2004
©2001-2024 WisFaq
|