Breuken in wortels optellen
Hoe tel je breuken met een gelijke teller op in een wortel?
27/3 + 48/3 = 75/3 9 + 16 = 25
Bij vermenigvuldigen is het nog makkelijker.
{27/3} * {48/3} = {27*48} / {3*3} = 1296/9 = 144 9 * 16 = 144
Ö27/3 * Ö48/3 = Ö1296/9 = 12 3 * 4 = 12
Bij het optellen met een wortel kom ik er alleen niet uit. Bij Ö27/3 + Ö48/3 zou ik 27+48 doen dat is 75 dit delen door 3 = 25 en hier de wortel van nemen = 5 Maar 3 + 4 = 7 en geen 5
Wat doe ik fout???
ALvast bedankt,
RJ
RJ
Leerling onderbouw vmbo-havo-vwo - zaterdag 17 januari 2004
Antwoord
Dat komt omdat Ö5·Ö4=Ö(5·4) = Ö20 maar met een plus klopt dat niet meer: Ö5+Ö4¹Ö9. En dat is nu net wat je fout doet.
Met vriendelijke groet
JaDeX
zaterdag 17 januari 2004
©2001-2024 WisFaq
|