Vectorruimte en gelijkwaardige uitspraken
Zij V een vectorruimte. Bewijs dat de volgende uitspraken gelijkwaardig zijn:
i) {v1,....,vn} is ee basis van V.
ii) Ieder element uit V is eenduidig te schrijven als c1v1+....+cnvn met ci Î.
iii) {v1,....,vn} is een volledig stelsel voor V en voor iedere ?in is {v1,..,vi, ..vn} geen volledig stelsel voor V. ( ik kon niet lezen wat er op de plaats van het ? stond) En boven de vi staat een Ù.
fleur
Student hbo - zondag 23 november 2003
Antwoord
Hoi Fleur,
Het lijkt mij doenbaar dit in de richting i Þ iiÞiii te bewijzen.
i Þ ii
Een basis is per definitie een verzameling vectoren die lineair onafhankelijk zijn, en voortbrengend (dat noem jij blijkbaar 'volledig stelsel'). We weten dat de verzameling {v1,...vn} een basis is, dus voortbrengend, dus is elk element te schrijven als lineaire combinatie van {v1,...,vn}.
Is dit ook eenduidig? Wel, stel dat het op twee manieren kan, dus een keer met c'tjes en een keer met d'tjes, waarbij niet telkens ci gelijk is aan di.
Bv: v = c1v1+...+cnvn = d1v1+...+dnvn met ck ¹ dk voor een k.
Dan v-v = 0 = c1v1+...+cnvn - (d1v1+...+dnvn)
Dus (ck-dk)vk=... Dus vk is te schrijven als lineaire combinatie van de andere vi'tjes! Dat kan niet, want de verzameling {v1,...,vn} is lineair onafhankelijk. Dit bewijst dat v eenduidig te schrijven is als lineaire combinatie.
ii Þ iii
Als ieder element uit V te schrijven is als lineaire combinatie van {v1,...,vn}, dan is die verzameling per definitie een volledig stelsel voor V. Het tweede deel van iii luidt: "{v1,...,vn} min {vi} is geen volledig stelsel voor elke 1in".
Dat tweede deel kan je uit het ongerijmde bewijzen: stel dat voor een vi geldt dat {v1,...,vn}min{vi} een volledig stelsel is. Dan kan je ELK element van V schrijven als lineaire combinatie van die vectoren. Dus in het bijzonder kan je ook vi schrijven als c1v1+...+cnvn, zonder in het rechterlid gebruik te maken van vi.
Dus je kan vi niet meer EENDUIDIG schrijven als lineaire combinatie van {v1,...,vn}, want zowel vi als c1v1+...+cnvn zijn mogelijk.
Dat is strijdig, want we vertrokken van ii. Dus daarmee is iii bewezen.
iii Þ i
We moeten bewijzen dat {v1,...,vn} een basis is, dus dat die verzameling een volledig stelsel is voor V, en lineair onafhankelijk is.
- Volledig stelsel: OK, want staat expliciet in iii. - Lineair onafhankelijk:
Weer uit het ongerijmde: stel dat {v1,...,vn} lineair AFhankelijk is, dwz dat c1v1+...+cnvn=0 met niet alle ci gelijk aan nul.
Stel dat ck¹0. Dan kan je schrijven:
ckvk=-c1v1-...-cnvn waarbij in het rechterlid geen vk meer voorkomt.
Dus vk is te schrijven als een lineaire combinatie (*) van de ANDERE vi'tjes.
Goed, we weten dat {v1,...,vn} een volledig stelsel is voor V. Dus elke v Î V is te schrijven als d1v1+...dnvn. Vervang hierin vk door die net bekomen uitdrukking (*), en je hebt v geschreven als lineaire combinatie van {v1,...,vn} zonder vk te gebruiken. En dat kan je doen voor elke vÎV.
Met andere woorden: {v1,...,vn}min{vk} is een volledig stelsel voor V, wat strijdig is met de opgave in iii.
Conclusie: {v1,...,vn} is lineair ONafhankelijk en dus een basis.
Hiermee is de equivalentie van i, ii en iii bewezen.
Groetjes, Christophe.
Christophe
zondag 23 november 2003
©2001-2024 WisFaq
|