Onbepaalde coefficienten
Ik wil volgende differentiaalvergelijking oplossen met behulp van de methode van onbepaalde coëfficiënten: y’’ + 9 y = 3t cos(t) Ik heb echter al diverse ‘aannames’ voor de uiteindelijke vorm van de oplossing geprobeerd uit te werken (onder andere: y(t) = At sin(t) + Bt cos(t) en y(t) = t (At + B) cos(t)). Hebben jullie nog een suggestie? Bestaan er tabellen/richtlijnen voor de meest logische ‘aannames’ voor oplossingen? Met vriendelijke groet, Bregje
Bregje
Student universiteit - vrijdag 20 juni 2003
Antwoord
De algemene vuistregel voor dit soort gevallen is: kijk welke vormen er allemaal ontstaan als je het rechterlid steeds weer differentieert. In jouw geval krijg je met vier verschillende vormen te maken, namelijk: t·cos(t) t·sin(t) cos(t) sin(t) Al deze vormen moeten dus voorkomen met onbepaalde coëfficiënten. Dus: y(t) = A·t·cos(t) + B·t·sin(t) + C·cos(t) + D·sin(t) Lukt dat verder? groet,
vrijdag 20 juni 2003
©2001-2024 WisFaq
|