\require{AMSmath}

Dit is een reactie op vraag 93020

Re: Re: Transformaties in de goniometrie

ik heb een soortgelijke vraag .het gaat over een reuzen rad met formule 26.5 sin ($\frac{\pi}{6}$0-$\frac{\pi}{2}$ = -3.5 $\Rightarrow$ sin($\frac{\pi}{6}$0-$\frac{\pi}{2}$ =-
0.1325.vervolgens is (pi)t/60-$\frac{\pi}{2}$=-01325 of (pi)t/60-$\frac{\pi}{2}$=01325+pi.hier ben ik verloren want waar is de sin gebleven.Daarna (pi)t/60=-01325+$\frac{\pi}{2}$=1.438 of (pi)t/60=01325+3pi snap ik niet.De uitkomst is t=1.438·60(pi)=27.46seconden of t = 92.5 sec.dit zou dan 2 keer in de eerste revolution zijn als de hoogte is 25 meters

ron
Student hbo - donderdag 9 december 2021

Antwoord

Hallo Ron,

In de opgave heb je een paar keer de variabele 't' vergeten...

Verder staat er een typfout in je uitwerking. Je noteert:
26.5 sin (pi/60-pi/2 = -3.5 =$>$ sin(pi/60-pi/2 =-0.1325

Echter, ^-3.5/_26.5=-0,1320...

De inverse sinus van deze waarde is -0,13246. Bijna dezelfde waarde dus (dat is zo voor kleine hoeken), maar niet hetzelfde. De sinus is dus niet zomaar verdwenen.

De juiste uitwerking is als volgt:



Uitwerken van de linker oplossing levert:



En de rechter oplossing levert:

GHvD
donderdag 9 december 2021

Re: Re: Re: Transformaties in de goniometrie

©2001-2024 WisFaq