Goede middag, Een meisje breekt haar spaarpotje open waarin wat euro's waren opgeslagen. Zij legt het geld op stapeltjes en voorziet voor het eerste stapeltje 4 muntjes en de 17 stapeltjes in totaal leveren 340 muntjes op. Hoeveel liggen er op de voorlaatste stapel.?? De stapeltjes liggen volgens een rekenkundige rij U(n)= u(1) +(n-1)v S(n)= (t(1)+t(n))/2 t(1)=1 en de laatste stapel is de 17 de Oplossing van mij t(1)=4 t(n)= 4+(n-1)v Met 17 stapeltjes hebben we dan: t(n) =4+16v S(n): 340= (8+16v)/2 680=8+16v Dit levert v=672/16 v=42 Er loop dit duidelijk iets mis Wat hulp is steeds welkom ! Oplossing =34 muntjes in voorlaatste stapeltje . Groetjes Rik
Rik Le
Iets anders - vrijdag 23 oktober 2020
Antwoord
Het lijkt me dat je een factor $n$ mist in $S(n)$, je moet $$S(n)=\frac n2(t_1+t_n) $$hebben, toch?