Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

 Dit is een reactie op vraag 88359 

Re: Hoeken in een driehoek

Dag Gilbert,
Wel bedankt voor jeklare antowoord ..
Dus is mijn antwoord (-cos3a) toch juist. En uw laatste voorbeeld betekent toch ook een rechthoekige driehoek...
Dit is een VWO vraag uit 1985-1986 die verschillende mogelijke antwoorden aangeeft als multiple choice en
(-cos3a) staat daarbij.
Vriendelijke groeten nen nog een fijne dag!

Rik Le
Iets anders - maandag 19 augustus 2019

Antwoord

Hallo Rik,

De hoek C is niet gelijk aan -cos(3A). Waarschijnlijk verwar je dit met:

cos(C) = cos(180°-3A) dus
cos(C) = -cos(3A)

Maar je mag aan de linkerzijde cos(C) niet zomaar vervangen door de hoek C.

Mijn laatste voorbeeld is inderdaad ook een rechthoekige driehoek, bovendien gelijkbenig. Dit maakt deze driehoek bijzonder. Maar zoals uit mijn antwoord blijkt: er zijn oneindig veel driehoeken denkbaar waarbij hoek B twee keer zo groot is als hoek A.

GHvD
maandag 19 augustus 2019

 Re: Re: Hoeken in een driehoek 

©2001-2024 WisFaq